Redactie - 20 februari 2023

De ‘last mile’ uitdagingen van alledag, in elk type dienstverlening

De ‘last mile’ uitdagingen van alledag, in elk type dienstverlening image

Je kunt snel, gemakkelijk en comfortabel van Amsterdam naar Parijs of London reizen. Echter: van en naar de luchthaven of het station op de plaats van bestemming komen kan een stuk ingewikkelder worden. Daar zitten vaak ook de kosten – de vlucht kan zomaar goedkoper uitvallen dan de taxirit aan het begin en eind van het traject. Zolang je op de snelweg zit, schiet het lekker op, maar bij de afslagen, op B-wegen, en in steden en dorpen wordt het ineens ingewikkelder en kan alles compleet vastlopen. In vrijwel elk netwerk zitten de grootste problemen in de last mile – daar krijgen we namelijk te maken met schaal en de complexiteit.

Elektrificatie van voertuigen is nog zo’n voorbeeld. We hebben infrastructuur nodig om alle elektrische auto’s op te kunnen laden. Maar in een appartementsgebouw kun je niet zomaar onbeperkt aansluitingen realiseren, om maar iets te noemen. Een andere uitdaging is de hoeveelheid kastjes en kabels die je nodig hebt – waar laat je dat allemaal? Nu is misschien maar 10% van alle auto’s elektrisch, maar stel dat dat 100% wordt? Willen we op elke straathoek en bij elke parkeerplek oplaadpalen neerzetten? Bij 5G zien we iets vergelijkbaars: snelle verbindingen naar knooppunten realiseren is goed te doen, maar om een dekkend netwerk te realiseren zijn talloze ‘small cells’ nodig. Waar laten we die? En hoe kunnen we die zo efficiënt mogelijk beheren?

Uiteindelijk moet elk innovatief netwerk voor zoveel mogelijk mensen toegankelijk zijn. Echter, het plaatsen en onderhouden van de benodigde infrastructuur brengt niet alleen praktische, maar ook kostentechnische en esthetische problemen met zich mee. Een belangrijk deel van de oplossing is om eerst na te gaan welke netwerken er bestaan of zijn gepland, en hoe je met nieuwe infrastructuur daarop kunt voortborduren.

Het internet heeft voor veel toepassingen al een revolutionaire verandering mogelijk gemaakt. In plaats van een eigen koerier voor elke pizzeria naar maaltijdbezorgdiensten, en van maaltijdbezorgdiensten en pakketbezorgers naar bezorgdiensten die pizza’s en pakketjes bezorgen. Dergelijke veranderingen kunnen doorgetrokken worden naar de fysieke access-laag en last mile, van purpose-built netwerken naar multifunctional. Als voorbeeld: bestaand straatmeubilair zoals lantarenpalen vervangen door multifunctionele palen, die niet alleen als lichtbron dienen, maar ook als elektrisch oplaadpunten, 5G/Wi-Fi hotspots en een plek om sensoren te installeren. De armaturen staan al op precies de juiste plekken en dichtbij glasvezel- en de elektrische netwerken. Het beheer kan gerealiseerd worden op de manier die we kennen van andere losgekoppelde diensten van infrastructuurnetwerken zoals het spoor, telecom, en elektra.

De ‘last mile’ draait om schaal en complexiteit. Dat geldt ook voor glasvezelnetwerken. In een glasvezelnetwerk sluit je de klanten in de ‘last mile’ aan, daar zit ook de service-differentiatie voor een belangrijk deel. In de ‘last mile’ wordt de ‘customer service experience’ ook het sterkst ervaren. Als de verbinding in een backbone uitvalt, hoef je dat niet per sé direct te merken. Misschien is er even wat vertraging, maar de data komt in ieder geval binnen. Als de verbinding thuis uitvalt, dan merk je dat echter direct. Zeker nu de afhankelijkheid van het Internet in ons dagelijks leven zo groot is geworden.

Naarmate de bandbreedte toeneemt, gaan mensen meer via Internet thuiswerken, en meer entertainment, onderwijs, of informatie tot zich nemen - een soort ‘virtuous circle’. Tegelijkertijd zien we ook dat er steeds meer behoefte aan ‘Smart City’-infrastructuur - slimme sensoren en apparaten - en ‘Edge’ data centers, die content dichter bij de eindgebruiker brengen. Er wordt ook steeds meer gebruik gemaakt van Cloud-applicaties. Dat vraagt allemaal om steeds meer infrastructuur in de ‘last mile’. Elk apparaat heet ook stroom en koeling nodig, maar tegelijkertijd moet de infrastructuur uit het zicht blijven. Ook is er regelmatig onderhoud nodig.

Als je op de een of andere manier alles dichtbij elkaar kunt plaatsen, en faciliteiten en diensten tussen netwerken kunt delen, levert dat veel gemak en besparingen op. Tot voor kort bestonden er bijvoorbeeld verschillende specifieke netwerken voor telefonie, datacommunicatie, video enzovoorts. Dat is allemaal geconsolideerd in één IP-netwerk, wat voor enorm veel voordelen heeft gezorgt. Ik zie geen reden waarom we niet nog meer netwerken zouden kunnen consolideren. In de industriële automatisering zien we dat steeds vaker gebeuren.

Kortom: in elk innovatief netwerk zitten de uitdagingen en complexiteit aan de randen. Iedereen wil graag razendsnelle glasvezel, 5G en schone energie tegen een redelijke prijs, maar niemand wil dat z’n voortuintje herhaaldelijk wordt opgegraven en niemand wil de infrastructuur in z’n achtertuin. Door consolidatie van technologie, maar ook van alle processen en uitrol daaromheen, kunnen we veel van dit soort problemen slim vermijden, en tegelijkertijd heel veel kosten en werk besparen, en ook nog eens sneller investeringen terugverdienen.

Door: Michiel Panders (foto), General Manager Europe bij Reichle & De Massari

Axians 12/11/2024 t/m 26/11/2024 BN+BW