Techbanen moeilijk te vervullen en verontrustend tekort aan diversiteit
Nederlandse startups lopen steeds meer achter op hun concurrenten in omringende Europese landen, de Verenigde Staten en Azië. Om concurrerend te blijven moet er ingezet worden op de ontwikkeling van deeptech. Daarnaast is het vergroten van het aantal diverse founders en leiders een speerpunt. Ook het stimuleren van de groei en het succespercentage van startups door meer kapitaal beschikbaar te stellen en talent aan te trekken is essentieel.
Dit blijkt uit het jaarlijkse State of Dutch Tech rapport van Techleap.nl dat wordt aangeboden aan minister-president Mark Rutte tijdens het The State of Dutch Tech 2023 event in Den Haag. Op basis van het rapport stelt Techleap.nl dat actie nodig is om ons vestigingsklimaat te behouden. Alleen met een sterk vestigingsklimaat maken we onze innovatieve ambities in bijvoorbeeld klimaat, zorg, veiligheid en energie waar. Dit zijn maatschappelijke transities waarin startups en scale ups in toenemende mate een rol spelen.
Uit het rapport blijkt dat Nederland het aflegt ten opzichte van sterk groeiende tech startup ecosystemen in bijvoorbeeld Zweden, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. Het State of Dutch Tech rapport signaleert in het algemeen een groei van het Nederlandse ecosysteem in de afgelopen jaren, maar onder andere op gebied van kapitaal is een zorgwekkende trend zichtbaar. Nederlandse startups ontvangen structureel minder investeringen dan concurrenten uit andere Europese landen.
Nederlandse startup ontvangt bijna vier keer minder kapitaal dan in Zweden
De gemiddelde financiering was in Nederland in 2022 slechts €0,26 miljoen per startup. Daarmee blijven Nederlandse ondernemers sterk achter ten opzichte van Zweden (€0,90 miljoen per startup), Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk (beiden €0,67 miljoen). Ook Duitsland (€0,55 miljoen) blijft Nederland ruim voor. Bovendien was in 2022 de helft minder geld beschikbaar voor Nederlandse startups in vergelijking met recordjaar 2021.
“Nederland moet een techland willen zijn. Iedere sector krijgt zijn ‘Tesla’, bunq, Picnic of Moderna. Tech is heel strategisch geworden, en ondernemers maken een steeds grotere impact in alle sectoren. Daarom moet tech over de hele linie onderdeel worden van economisch en industrieel beleid”, aldus Constantijn van Oranje (foto), Special Envoy van Techleap.nl. “We zijn trots op de innovaties die Nederlandse techondernemers brengen, maar we zien ondertussen dat ze niet voldoende doorgroeien en ingehaald worden door hun concurrenten in landen die voorop lopen. Wetend dat de oplossingen voor de maatschappelijke transities steeds meer van dit type ondernemers komen, is dit iets om ons zorgen over te maken. Om hier verandering in te brengen en vernieuwing te blijven geven aan de hele economie, moeten we door middel van data zichtbaar blijven maken wat de kansen en knelpunten voor Nederlandse ondernemers zijn en op basis daarvan acteren. Alleen zo blijven we een concurrerend, welvarend en duurzaam land dat wereldwijd een vooraanstaande rol speelt.”
Techbanen moeilijk te vervullen, verontrustend tekort aan diversiteit
Nederland staat in de top 3 van landen die hun techbanen moeilijk weten te vervullen in Europa. Het percentage van moeilijk te vervullen banen in tech is gegroeid tot 59 procent. Gemiddeld duurt het voor de meeste tech vacatures al meer dat 60 dagen voordat ze ingevuld zijn. Ondanks ontslagrondes bij enkele grote tech bedrijven blijft dit percentage en de tijdsduur van ongevulde vacatures stijgen.
Diversiteit blijft een heikel punt binnen de sector. Vrouwen vertegenwoordigen slechts 10 procent van het Nederlandse techondernemerslandschap, en ook investeringen in vrouwelijke techondernemers blijven achter. Slechts 0,7 procent van de durfkapitaalinvesteringen komt bij ondernemingen met een vrouwelijk oprichtersteam terecht. Techleap.nl stelt dat een focus op diversiteit en inclusie noodzakelijk is. Datacollectie door techbedrijven en een diversiteitsbeleid bij investeerders moeten hieraan bijdragen.
Kennisintensieve technologie moet Nederland op de kaart zetten
Nederland valt internationaal op vanwege de hoge kwaliteit van wetenschappelijk onderzoek. Dit kan leiden tot kennisintensieve technologie met potentieel grote maatschappelijke en economische impact, ook wel deeptech genoemd. Nederland kent echter relatief weinig ‘spin-offs’: nieuwe bedrijven die direct voortkomen uit die kennis van universiteiten en kennisinstellingen. De Nederlandse spin-off bedrijven die er wel zijn overleven lang, maar groeien traag. Maar liefst 80 procent is na 10 jaar nog steeds actief, maar de helft heeft dan nog steeds minder dan 10 medewerkers. De potentie is er, maar deze ondernemingen hebben vanwege hun lange aanlooptijd en gebrek aan support en kapitaal moeite om door te groeien tot de wereldwijd toonaangevende en impactvolle bedrijven die het kunnen zijn. Het investeringsniveau in Nederland is substantieel lager dan in het Verenigd Koninkrijk, Zwitserland, Duitsland en Frankrijk.
De aanlooptijd van spin-offs is lang door de complexiteit van onderzoek en ontwikkeling en door contractonderhandelingen met kennisinstellingen over intellectuele-eigendomsrechten. Transparante standaardcontracten voor spin-offs zouden heel veel tijd besparen. De afspraak om deze te gaan gebruiken door de universiteiten wordt vandaag aangekondigd tijdens het The State of Dutch Tech 2023 event.
Techsector groeit ook buiten Randstad en Brainport
Het rapport noemt de regionale specialisaties en onderlinge samenwerking tussen de lokale hubs als positieve ontwikkeling. Hiermee wordt de regionale ontwikkeling verder gestimuleerd, terwijl er geprofiteerd wordt van het landelijke netwerk. Opvallend is ook de groei van de Nederlandse techsector buiten de Randstad en Brainport. Vooral de lokale techhubs zorgen voor deze aanwas.
Hoewel de regio Noord-Holland (3400), Zuid-Holland (2000) en Noord-Brabant (1100) prominente hubs blijven binnen het Nederlandse ecosysteem, laat bijvoorbeeld de regio Utrecht een sterke groei zien in aantallen startups. De regio telt er meer dan 900 en 8 procent meer banen ten opzichte van vorig jaar. Ook in Groningen (+12% sinds 2018) en Limburg (+6%) steeg het aantal banen aanzienlijk.