Europese landen bundelen hun krachten tegen onderzeese dreigingen
10 Europese landen slaan de handen ineen om hun vitale infrastructuur op zee beter te beschermen. Dat bleek tijdens de ministeriële bijeenkomst van de Joint Expeditionary Force (JEF). De vergadering vond vandaag plaats in het Marine Etablissement Amsterdam.
In een gezamenlijke verklaring spraken de ministers af hun inlichtingen- en monitoringsinformatie over maritieme dreigingen actiever met elkaar te delen. Daarmee krijgen de landen een beter gemeenschappelijk beeld. Ook gaan ze hun maritieme aanwezigheid beter op elkaar afstemmen. Bovendien komt er in gezamenlijke oefeningen meer aandacht voor het beschermen van kritieke infrastructuur, zowel in als op zee.
Kabels, pijpleidingen en windmolenparken
Minister Kajsa Ollongren: “Onze vitale onderzeese infrastructuur wordt steeds meer een doelwit. We hebben er de afgelopen maanden veel voorbeelden van gezien. Denk aan de Nord Stream-sabotage. Of aan de Russische schepen die windmolens in de Noordzee in kaart hebben gebracht. In nationaal en internationaal verband moeten we samen met de industrie en andere krijgsmachten onze inspanningen opvoeren. Om zo onze kabels, pijpleidingen en windmolenparken beter te beschermen. Het is van groot belang dat we met de Noord-Europese landen deze afspraak hebben gemaakt.”
De ministers stonden ook stil bij de oorlog in Oekraïne. Ze kondigden aan dat Oekraïne een luchtverdedigingspakket ter waarde van € 92 miljoen ontvangt. Dit pakket wordt in de komende maanden geleverd en betaald uit het Internationaal Fonds voor Oekraïne (IFU). Nederland draagt met € 100 miljoen bij aan het vorig jaar door Groot-Brittannië opgezette fonds.
Daarnaast werd aan de hand van een scenario geoefend hoe de JEF-landen om moeten gaan met mogelijke incidenten en dreigingen. Het scenario was opgebouwd van een incident in vredestijd tot aan een crisis met een rol voor de NAVO.es
Samenwerkingsverband
Het JEF is een militair samenwerkingsverband, opgezet als aanvulling op de NAVO. Het kan verschillende militaire activiteiten uitvoeren. Het JEF richt zich in de eerste plaats op Noord-Europa. Het betreft het gebied van het Noord-Atlantisch gebied in het westen tot het Hoge Noorden en de Baltische Zee-regio in het oosten. Het Verenigd Koninkrijk is voorzitter. Andere landen die deelnemen zijn: Denemarken, Estland, Finland, IJsland, Letland, Litouwen, Nederland, Noorwegen en Zweden.
De JEF is sinds 2018 inzetbaar.