Ruim acht op de tien Nederlanders heeft digitale basisvaardigheden
Het aantal Nederlanders met digitale basisvaardigheden is afgelopen jaar gegroeid van 79% naar 83%. Nederland voldoet hiermee nu al ruimschoots aan de Europese doelstelling voor 2030, waarin 80% van de EU-bevolking over ten minste digitale basisvaardigheden moet beschikken.
Dit meldt staatssecretaris Van Huffelen van Koninkrijksrelaties en Digitalisering. De ministerraad stemt in met toezending van de verzamelbrief digitalisering aan de Tweede Kamer. Het is de eerste keer dat meerdere onderwerpen op het digitale terrein zoveel mogelijk samen naar het parlement gaan. In de brief staat onder andere de voortgang op de doelstellingen en actiepunten uit de in het afgelopen jaar gepresenteerde Werkagenda Waardengedreven Digitaliseren en de plannen voor 2024.
Staatssecretaris Van Huffelen: “Digitalisering wacht op niemand. Alleen met stevige sturing zorgen we ervoor dat je data niet zomaar gedeeld worden, kinderen online beschermd worden en nieuwe technologieën werken voor mensen en niet andersom. Ik hoop en vertrouw op een constructief gesprek met de nieuwe Tweede Kamer en de Eerste Kamer komend jaar, over het in goede banen leiden van deze veelomvattende en ongelooflijk impactvolle ontwikkelingen.”
Van Huffelen meldt dat het ook in 2024 nodig blijft te investeren in de digitale vaardigheden van Nederlanders. Het kabinet wil onder andere digitale geletterdheid onderdeel maken van het curriculum in het basis- en voortgezet onderwijs en cursussen in bibliotheken voor iedereen die meer wil leren.
De staatssecretaris noemt vertrouwen in de digitale wereld een belangrijke voorwaarde om volledig mee te kunnen doen. Op grond van veiligheidsoverwegingen en internationale voorbeelden heeft het kabinet een principebesluit genomen om te kiezen voor de overheidsextensie ‘.gov.nl.’. Om inzicht te krijgen in de financiële en organisatorische gevolgen, laat het kabinet op de realisatie van verschillende extensies een uitvoeringstoets doen.
Naast de uniforme domeinnaamextensie werkt het kabinet ook aan het Register Internetdomeinen Overheid (RIO) als bron waar burgers terechtkunnen voor een snelle check op de echtheid van overheidswebsites. Hiervoor zijn momenteel al www.veiliginternetten.nl en www.digihulp.nl beschikbaar. Het register wordt in 2024 uitgebreid met de websites van de medeoverheden. Dan zal ook via gebruikersonderzoeken worden onderzocht hoe burgers het beste ondersteund kunnen worden bij hulpvragen over overheidswebsites.
Veilig AI-gebruik
Vertrouwen in de digitale wereld vraagt volgens staatssecretaris Van Huffelen ook dat we ons blijvend voorbereiden op technologieën die zich in rap tempo ontwikkelen. In 2023 zijn daarom voor immersieve technologie en voor generatieve AI de kansen, risico’s en het handelingsperspectief van de overheid in kaart gebracht.
Ook is de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) gestart als algoritmetoezichthouder, meldt de staatssecretaris. Tot de taken behoren het signaleren, analyseren en rapporteren van algoritmerisico’s. In 2024 maakt het kabinet een intensivering van de activiteiten van de directie Coördinatie Algoritmes binnen de AP mogelijk met het daarbij behorende budget van 2 miljoen euro in 2024.
Wat betreft het gebruik van generatieve AI door Rijksorganisaties is het recente advies om dat alleen te doen als er aantoonbaar wordt voldaan aan geldende wet- en regelgeving. Het kabinet wil het gebruik van generatieve AI binnen de overheid en in de verschillende sectoren op een veilige en verantwoorde manier bevorderen. Het komt in januari 2024 met een kabinetsbrede visie op generatieve AI.
Burgers grip geven op eigen gegevens
Het kabinet wil dat iedereen regie heeft over het eigen digitale leven, de eigen persoonlijke gegevens en het gebruik daarvan. Het kabinet wil dat burgers inzicht kunnen krijgen in eigen gegevens bij de overheid, en de mogelijkheid krijgen om fouten te corrigeren.
Ook moeten burgers binnen de grenzen van de wet kunnen bepalen met wie gegevens worden gedeeld. Om te zorgen dat dit op een verantwoorde manier gebeurt is wetgeving, kaderstelling en toezicht nodig. Zo wordt er in 2024 structureel geld vrijgemaakt voor toezicht op het gebruik van cookies door de AP.
Het kabinet wil het voortouw nemen door in te zetten op een betrouwbare, veilige en privacy vriendelijke digitale identiteit. Het werkt aan een digitale identiteitswallet waarmee een gebruiker straks kan inloggen en gegevens kan delen. Naar verwachting wordt in het eerste kwartaal van 2024 een werkende, eerste versie van deze Nederlandse open source voorbeeld-wallet opgeleverd.
CIO Rijk versterken
Een volwaardige digitalisering van de overheid is volgens staatssecretaris Van Huffelen een vereiste voor succes in de eerste drie lijnen van de werkagenda en ook om als overheid zelf, intern én naar buiten toe, goed te kunnen functioneren. Daarvoor moet de overheid open en gedreven door publieke waarden werken.
Een andere manier om de verantwoorde inzet van digitalisering te verbeteren is het versterken van het stelsel voor Chief Information Officers (CIO). Deze zijn verantwoordelijk voor de digitalisering binnen de Rijksoverheid. Het kabinet wil de rol van de CIO in 2024 verder versterken en daarmee hen in staat stellen om ervoor te zorgen dat bijvoorbeeld de informatiehuishouding op orde is, de kwaliteit van IT-systemen wordt verbeterd, problematische legacy wordt aangepakt en de digitale dienstverlening steeds beter wordt. Daarom zal het CIO-stelsel geëvalueerd en herzien worden. Daarbij wordt in het bijzonder gekeken naar de coördinerende rol van CIO Rijk.
Invoering BSN in Caribisch deel Koninkrijk
Tot slot voert het kabinet het Burgerservicenummer (BSN) in in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Het wil de digitale dienstverlening van de overheid versterken, de digitale infrastructuur verbeteren en de kennis en kunde van burgers en bedrijven vergroten. In 2023 is gestart met de voorbereidingen voor de invoering van een Burgerservicenummer (BSN) en DigiD.
Het kabinet verbetert ook de adressen- en gebouwenregistratie. In 2024 worden luchtfoto’s en hoogtemetingen van Caribisch Nederland digitaal beschikbaar gemaakt. Dit is een eerste stap richting de invoer van de basisregistraties. Ook op Aruba, Curaçao en Sint-Maarten spelen soortgelijke vraagstukken.