China verbiedt Amerikaanse chips en software in devices en servers overheid
De Chinese overheid heeft richtlijnen aangenomen die het gebruik van Amerikaanse microprocessors van Intel en AMD in overheidsservers en -computers verbieden. Dit meldt de Financial Times. De richtlijnen zijn ook bedoeld om het gebruik van Windows en buitenlandse databasesoftware te verminderen en te vervangen door binnenlandse alternatieven.
Chinese functionarissen zijn al begonnen met de implementatie van de richtlijnen, die in december werden geïntroduceerd. Overheidsinstanties boven het gemeenteniveau moeten nu bij hun aankopen criteria hanteren die "veilige en betrouwbare" processors en besturingssystemen vereisen.
Microsoft en Intel weigerden commentaar te geven aan de Financial Times, terwijl AMD nog niet heeft gereageerd op een verzoek om commentaar.
China streeft er al jaren naar om belangrijke, in het buitenland gemaakte technologie uit gevoelige sectoren te weren. In 2022 kregen centrale overheidsinstanties en staatsbedrijven de opdracht om binnen twee jaar alle buitenlandse pc's te vervangen door binnenlandse producten.
Door deze maatregel kunnen Amerikaanse chipmakers Intel en AMD een aanzienlijke omzetdaling in China ervaren. Microsoft zal minder Windows-licenties verkopen aan de Chinese overheid. Buitenlandse leveranciers van databasesoftware zullen hun marktaandeel in China zien dalen. Chinese leveranciers van processors, besturingssystemen en databasesoftware zullen een boost krijgen.
Deze maatregel van China kan de spanningen tussen de VS en China op het gebied van technologie verder verhogen. Het kan mogelijk ook andere landen ertoe aanzetten om soortgelijke maatregelen te nemen, wat de wereldwijde technologiesector kan fragmenteren.