DataCore zorgt voor de juiste storage voor de juiste data op het juiste moment

Alexander Best omschrijft zichzelf als een ‘storage-veteraan’. “Al sinds het begin van mijn carrière, eind jaren ’80, houd ik me met storage bezig”, vertelt hij. “Toen ik bij een consultancybedrijf en system integrator werkte, hoorde ik in 1999 voor het eerst over Datacore. Zij hadden een interessant concept waarbij ze storage virtualiseerden. Mijn eerste gedachte was: ‘Te mooi om waar te zijn’, maar toen ik het mocht testen dacht ik: ‘Dit gaat de wereld veranderen’.”

Een aantal jaar later, in 2005, maakte hij de overstap naar dat veelbelovende bedrijf, waar hij begon als sales engineer en na verschillende functiewisselingen uiteindelijk doorgroeide naar zijn huidige rol als senior director product management. Hij is verantwoordelijk voor het belangrijke product SANsymphony en sinds vorig jaar ook voor de opensource-oplossing OpenEBS.

Geen one-size-fits-all

De grootste uitdaging in de wereld van data storage management is volgens Best al decennialang dezelfde: balanceren op het snijvlak van acceptabele kosten en goede prestaties. De technieken zijn veranderd, maar de discussies niet. “Vroeger maakte je de keuze wat je op een harde schrijf opsloeg en wat je bewaarde in een offline archief, bijvoorbeeld op tape. Vervolgens werd tape vervangen door de cloud. Nu wordt alles flash en daardoor verdwijnen, volgens de leveranciers, alle uitdagingen rondom de prestaties. Ik geloof daar niet in. De uitdagingen zijn anders, maar ze verdwijnen niet. Er bestaat geen one-size-fits-all-oplossing. Bij het opslaan van data blijft het belangrijk om de juiste balans te vinden tussen kosten en prestaties. Met flash is eigenlijk alles mogelijk, maar past dat wel binnen het budget dat je hebt? Daar moet je voorzichtig mee zijn. Of flash de juiste technologie is, hangt onder andere af van de waarde en de levensduur van data en de richtlijnen die je als organisatie hebt.”

Best legt uit dat het belangrijk is om te beseffen dat flash zich anders gedraagt dan een harde schijf. “Als een harde schijf niet kapot gaat, blijven de prestaties minimaal vijf jaar hetzelfde. Bij flash is dat anders. Op de eerste dag is het geweldig, maar na drie jaar wordt het schrijven vreselijk, omdat het slijt. Het lezen gaat goed, maar het schrijven duurt steeds langer, en dat wordt een probleem. Met alle innovaties, zoals quad level cell, wordt dat probleem alleen maar groter. Je kunt daar niet op blijven schrijven en zo moet je het dus ook niet behandelen.”

Machine learning

“De kunst is dus om de juiste storage te kiezen voor de juiste data op het juiste moment”, verduidelijkt hij. “Je kunt daarbij worden geholpen door storage-experts, die dat handmatig doen, wat vaak gepaard gaat met veel downtime en een lage granulariteit. Met ons product SANsymphony nemen wij beheerders veel werk uit handen. Wij zorgen ervoor dat de data-assets staan waar ze moeten staan, zonder dat gebruikers daar iets van merken. We doen dat met behulp van machine learning, zodat we kunnen inspelen op steeds veranderende applicatie-eisen. Je zou het ook kunstmatige intelligentie kunnen noemen, want die lijnen vervagen. Onderaan de streep gaat het om een algoritmische benadering voor het analyseren van grote datasets op blokniveau, waardoor we handmatig werk wegnemen.”

DataCore gebruikt daarvoor de term Adaptive Data Placement. Best: “Voor verschillende datapools kunnen onze klanten gebruik maken van meerdere niveaus en smaken van storage, zoals verschillende soorten hardware en verschillende soorten flash. Daarnaast hebben we recent ook dataoptimalisatie aan het totaalplaatje toegevoegd. We verplaatsen ‘hot data’ naar ongecomprimeerde high performance architecturen, waarbij je nog steeds kunt kiezen voor verschillende niveaus met verschillende prijzen. ‘Cold data’, die je nauwelijks gebruikt, wordt gemigreerd naar een gedupliceerde en gecomprimeerde architectuur, waardoor je geld bespaart. Afhankelijk van hoe data zich gedraagt, wordt het vanzelf naar de goede plek verhuisd. De beheerder heeft er dus geen omkijken meer naar. Je kunt dat ook inplannen als je van te voren weet dat bepaalde data op een bepaald moment belangrijk wordt. Aan de kant van de applicatie verandert er niets. Alles ziet er hetzelfde uit. Hoe de applicatie zich gedraagt is alleen afhankelijk van waar de data aan de achterkant landt.”

Vloeibaar

Het concept van DataCore is niet nieuw, maar in de loop van de jaren wel sterk verbeterd, zegt Best. “Het bereik van het algoritme is bijvoorbeeld veel groter geworden. Een andere belangrijke toegevoegde waarde van ons product ten opzichte van concurrenten, is dat het in real time werkt. Andere oplossingen maken berekeningen en ondernemen alleen actie op bepaalde momenten, bijvoorbeeld elke 24 uur, waardoor je altijd achterloopt. Onze oplossing is heel vloeibaar. Ik maak weleens de vergelijking met een frituurpan. Als je die aanzet, zie je de olie rondom het hitte-element in beweging komen. Als de olie afkoelt, zakt alles weer naar beneden. Dat is eigenlijk wat er bij ons product met de data gebeurt.”

Best benadrukt ook dat klanten niet vastzitten aan een paar niveaus van storage. “Je hebt de keuze uit vijftien verschillende ongecomprimeerde niveaus, plus de gecomprimeerde laag. Ik heb nog nooit iemand gezien die ze allemaal gebruikte, maar je kunt ze beter tot je beschikking hebben dan dat je ze eigenlijk nodig had gehad. Daarnaast zit je bij ons niet vast aan bepaalde hardware. Je kunt SANsymphony gebruiken in combinatie met elke mogelijke vendor en elke technologie. Mede daarom is dit echt een heel interessant product.”